dinsdag 30 maart 2010

5 maart - 15 maart

5 maart: D-day, het uur Nul. Maar eerst tijd om de proloog te schetsen.

Baron Picon zou terugkomen, zoveel was zeker. Op maandag, de eerste van de maand maart, dat leek symbolisch en haalbaar. Dat was het niet. Het lukte ook dinsdag net niet en weer niet op donderdag. Simon kon er drie keer niet mee naar Lichtervelde Central komen maar de aantrekkingskracht van Baron P. zorgde ervoor dat Helena en ik in Assebroek City moesten zijn op vrijdagavond.

We gingen er naar een poëzievoorstelling-in-een-huiskamer van -het heelal houdt van een portie synchroniciteit- de leraar onder wiens lessen ik het concept Kunst op Reis bedacht en uitwerkte.

Op vijf maart kregen we Baron P. in de ene en een glas wijn in de andere hand. Juliette was wat ziekjes maar in gezelschap kwam ze er, net voor bedtijd, verbazend goed weer door.

Baron P. bleef die avond in de auto, en erop terugkijkend snap ik niet waarom ik hem het zeer gesmaakte optreden niet liet bijwonen. Soms is het voordehandliggendste net datgene waar je over kijkt. Hij kwam laat op de avond terug thuis, vond een plekje aan een muur waar hij nog niét had gehangen en observeerde. Zoals hij geobserveerd werd.

6 maart - 15 maart: het oog van de storm

Baron P. werd zichzelf op een rustige, maar doelbewuste manier. Eerst als concept in m'n kop, daarna als voorstudie op papier, en dan de eerste laag verf na laag na laag tot de laatste laag net voor de laag verf te veel. Nu was hij getuige van een een nieuwe reeks schilderijen: caméléons, nieuwe figuren die hun deadline hadden voor de tentoonstelling Splinters, in Leffinge. Concept, voorstudies, eerste verven, ze lagen er. Baron P. zag me lagen bijleggen. En leggen en wroeten en wringen met verf en inkten en pigmenten.

Iedere keer ik uit m'n atelier kwam keek hij weg. Vanover zijn boekske naar een ongespecifieerd ding dat zogezegd z'n aandacht trok. Maar me de indruk gevend dat wat ik deed wel ok was, en hij me niet op de vingers zou kijken, vingers met verven, inkten en pigmenten. Soms nam ik een pauze, koffie en een sigaret. En bekeek de Baron. Hij leek, en lijkt me niet, nooit niet opdringerig. Moet een reizend schilderij niet wat opdringeriger zijn? Ik weet het nog altijd niet. En ik nam nochtans veel pauzes.

De nieuwe reeks caméléons waren -je zou het de rustige, sobere figuren niet geven- een storm om te schilderen. Een veel te snel afkomende deadline, reusachtige doeken in verhouding tot Baron P's gestalte en steeds maar smekend om meer lagen verf. Ik kon stilstaan, ademen en genieten in het oog van de Storm. Baron Picons rustige, nonchalant wegkijkende knipoog ;)

2 opmerkingen: